53. Vloeistoffen (Jala-loka)

Water is van nature koud, absorbeert de hitte en geeft daarbij een gevoel van koelte. De hitte van de soberheid van de zesde chakra maakt de speler gewelddadig. Hij moet het zuivere water van dit vlak passeren om de brandende energie van zijn Geweld te blussen en te veranderen in de warme gelijkmatigheid van Geestelijke Toewijding.

Water is het bindende element van het bestaan. Het gewicht van het menselijk lichaam bestaat voor het grootste gedeelte uit water. In onvruchtbare streken waar het water diep onder de grond zit of helemaal niet aanwezig is, wordt de aarde dor en korrelig, tot datgene wat wij zand noemen. Zand houdt het water niet vast. Omdat de afzonderlijke korrels niet in staat zijn om het vocht vast te houden stroomt het er doorheen. De aarde wordt dor en geheel verstoken van leven.

Daarom is water verantwoordelijk voor vruchtbaarheid, het ontkiemen en de groei. En de groei zelf is een proces van hitte, van vuur. Hitte geeft kleur en vorm, en water voegt hieraan de evenwichtigheid toe. Het houdt de vormen bij elkaar en is de energie die het vuur voedt. Het vuur ‘eet’ daarom water en schept de vitale energie van de aarde die vorm krijgt als het leven op het oppervlak van de planeet.

Water heeft geen vorm. Het neemt de vorm aan van het voorwerp waarin het gegoten is. Dit is eveneens het kenmerk van de speler van de zesde chakra: het vermogen om dat te worden waarmee hij wordt geconfron-teerd. Het werkelijke spel begint wanneer de speler zijn identiteit als speler verliest. Vóór de zesde chakra, wanneer het vermogen tot vormeloosheid nog niet verworven is, begint het werkelijke spel niet. Tot die tijd werd hij nog gevangen door geld, macht, karma en kennis. Het spel begint wanneer de kennis verkregen is en de illusie van de identificatie met het ‘speler zijn‘ is opgelost.
Water is één van de vijf elementen: akash (ether), lucht, vuur, water en aarde.