32. Vlak van Evenwicht (Mahar-loka)

Mahar-loka is de vierde centrale loka in de zeven bestaansniveaus. Dit vlak wordt beschouwd als onstandvastig en zal in de nacht van de schepper Brahma verloren gegaan. Het individuele bewustzijn (Jiva) leeft gedurende zijn ontwikkeling in de eerste drie loka’s en is hierin onderworpen aan de kringloop, het wiel van geboorte en dood. In dit vierde vlak is eveneens het element vuur overheersend maar niet zo uitbundig als in Swarga-loka (23) waar de mensen stralend en schitterend zijn. Het werk staat hier boven het niveau van het lichamelijke, van de verlangens en het denken. Het werkt op het niveau van het zuiver bewustzijn dat boven het vlak van het individuele bewustzijn staat, dat nog te gekleurd wordt door verlangens en gedachten. Wanneer men zonder begeerten en zonder gedachten is, bereikt men het vierde vlak, Mahar-loka, de altijd onzichtbare wereld. Zij die hier vertoeven zijn niet helemaal vrij van de zielsverhuizing, maar zij zullen niet in deze scheppingscyclus herboren worden, omdat zij in Evenwicht zijn.
Drie centra erboven en drie eronder maken dit vlak van het hart chakra tot het evenwichtspunt in de ruggengraat van het spel. Van hieruit stroomt de energie naar beneden naar de drie eerste centra en naar boven naar de drie hogere centra. Dit is het centrum waarin de mannelijke en vrouwelijke energie in evenwicht zijn. De speler die in deze chakra vibreert, spreekt vanuit het hart.

De speler bereikt het Vlak van het Evenwicht via de pijl van Liefdadigheid (20) of na het passeren van Goede Neigingen en Heiligheid. Hier worden de begeerten van de eerste chakra vervuld en de energie wordt niet langer uitgeput door het najagen van lagere doeleinden. Vanuit het hart begint de naar boven stromende energie.

Hier stijgt de speler eveneens uit boven het intellectueel begrijpen van het Goddelijke dat het kenmerk is van de derde chakra en hij begint het Goddelijke direct binnen zichzelf te ervaren. Vanwege het gevoel van eenheid met het Absolute wordt dit ook wel het vlak van het Kosmische Verstand genoemd.

Het hartcentrum wordt sedert lang beschouwd als de belangrijkste plaats van het gevoel. Het hart is de zetel van het emotionele ik. De yogaleer schrijft dit feit toe aan de ligging van de thymusklier in de buurt van het hart. Deze klier is verantwoordelijk voor de stroom van elektrische energie door het lichaam en de natuur van onze zintuiglijke waarneming is voornamelijk elektrisch van aard.

Iedere verandering van emotie wordt geregistreerd in het hart en het ritme waarin het hart slaat, bepaalt de chemie van het lichaam. Iedere verandering van de chemie van het lichaam wordt door het verstand begrepen als een bepaald gevoel of emotie.

Daarom is het hart meer dan een machine die het zuivere bloed door het lichaam pompt en het bloed met de afvalstoffen naar de longen. Het is eveneens het centrum van de emoties, een psychisch centrum. De Sufi-traditie legt ook grote nadruk op het openen van de hartchakra door liefde, of mohabbat. Alle poëzie is vol van de trillingen en de emoties van het hart. Vanuit dit punt ontstaat de poëzie, het transformeren van het persoonlijke in het onpersoonlijke. Het is de bron van alle psychische staten en verschijnselen die boven de mens uitstijgen.

Hoe de speler hier ook terecht komt, hier begint hij zich ontspannen te voelen. Zijn handen beginnen vanzelf de bewegingen (mudra’s) te maken die helpen om de energiestroom in het lichaam in evenwicht te brengen. Zijn hart wordt vervuld met een gevoel van overgave, bhakti. Hij is in staat om zich verbonden te voelen met de rest van de schepping, wat een gevoel schept van kosmische eenheid.

In het grovere gedragspatroon komt dit tot uitdrukking in de gevoelens van tederheid en schoonheid. De stem van de speler wordt zachter en vriendelijker en hij begint letterlijk vanuit het hart te spreken. Zijn stem dringt door tot de harten van anderen en zonder enige macht uit te oefenen trekt hij mensen om zich heen aan, die ook proberen op hetzelfde niveau van vibraties te komen.
Het symbool van het Vlak van Evenwicht is de zespuntige ster, die is samengesteld uit twee gelijkzijdige driehoeken waarvan één punt omhoog wijst en één punt naar beneden. De naar boven wijzende driehoek van deze Ster van David — zoals hij in het westen bekend werd — staat voor de mannelijke energie, de naar beneden wijzende driehoek voor de vrouwelijke. Dit duidt op het evenwicht tussen de twee energieën dat door de speler die hier vibreert bereikt kan worden.

In de hindoe-kosmologie worden er 14 belangrijkste vlakken genoemd waarvan er zeven boven de aarde uitstijgen. Dat zijn de vlakken van de zeven chakra's die de ruggengraat van het spel vormen en eveneens de ruggengraat van de speler zelf. 

Het eerste is Bhu-loka, het Fysieke Vlak; het tweede Bhuvar-loka, het Astrale Vlak; het derde Swarga-loka, het Hemelse Vlak; het vierde Mahar-loka, het  Vlak van Evenwicht; het vijfde Jana-loka, het Menselijk Vlak; het zesde Tapa-loka, het Vlak van Soberheid; en het zevende Satya-loka, het Vlak der Werkelijkheid.
De lagere gebieden die vanuit de aarde afdalen, zijn: Atal-loka, Vital-loka, Sutal-loka, Rasatal-loka, Talatal-loka,  Mahatal-loka en Patal-loka.
In de dagelijkse godsdienstoefeningen (sandhya) van de hindoe reciteert de gelovige een mantra (gezongen gebed) waarin elk van de zeven belangrijkste loka’s wordt opgenoemd. En terwijl hij de naam van elk vlak uitspreekt, raakt hij met de nat gemaakte vingertop, dat deel van zijn lichaam aan waarmee het vlak verbonden is. Hij zingt ‘Om Bhu’ terwijl hij het midden tussen zijn genitaliën en anus aanraakt, de zetel van kundalini. Dan zingt hij ‘Om Bhuvah’ terwijl hij de oorsprong van de genitaliën aanraakt. Bij ‘Om Swah’ raakt hij de navel aan. Hij zingt ‘Om Maha’ bij het aanraken van het hart, ‘Om Janah’ voor het begin van de keel, ‘Om Tapah’ voor het derde oog, het midden tussen de ogen en even boven de wenkbrauwen. Tenslotte ‘Om Satyam’ bij het aanraken van de kruin van zijn hoofd.

 

 

Wil je het spel verder spelen?
Gooi dan een dobbelsteen en kies één van de 6 uitkomsten:

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6

 

Leela, spel der zelfkennis, door Harish Johari
eindredactie en art: Garsett Larosse